Transparant

Het Dilemma

De finishing touch van een auto is het spuitwerk. Als een auto nog zo mooi is gerestaureerd en het spuitwerk is niet mooi dan valt alles daarbij in het niet. De kosten  voor het laten spuiten van een auto zijn echter hoog. Deze kosten zijn wel afhankelijk van het voorwerk. Als je de voorbereidingen allemaal zelf hebt gedaan en het spuitbedrijf hoeft alleen de toplaag af te spuiten ben je in de orde van € 1000 kwijt. Dit is uiteraard afhankelijk van de grootte en complexiteit van de auto. Als het spuitbedrijf ook het voorwerk als strak maken en grondverf spuiten moet doen kunnen de kosten oplopen tot € 5000 (of meer). Deze kosten staan vaak in geen verhouding tot de uiteindelijke waarde van de auto en vormen daarmee een barrière om het te laten doen. Wat dan wel te doen?

Je ziet af en toe wel eens een oldtimer die met de roller van een nieuwe laklaag is voorzien. Meestal ziet het er dan niet uit. Deze methode laat ik buiten beschouwing. Het zelf spuiten van een auto lijkt voor velen een brug te ver. Toch zijn er mogelijkheden. Als je enige tijd stopt in het oefenen is het zonder meer mogelijk een auto of delen daarvan zelf te spuiten. Je moet daarbij accepteren dat:

  • Er mogelijk een zakker in de lak zit (deze zijn later grotendeels weg te werken, tenzij dit een druipsteengrot is).
  • Er stof in de lak zit.
  • Er oneffenheden in de lak zitten door condens in de perslucht.
  • De lak niet overal mooi is uitgevloeid.


Tussenoplossing: Het gebruik van spuitbus
Als je maar een kleine reparatie hoeft uit te voeren is het gebruik van een spuitbus een uitkomst. Het is zonder meer mogelijk een reparatie uit te voeren die “onzichtbaar” is. De meeste standaard kleuren zijn in de vorm van een spuitbus verkrijgbaar. Het werken met de spuitbus vereist enige ervaring en vooral geduld. Het is onmogelijk om met één of twee lagen een goed resultaat te bereiken. Als je probeert dik te spuiten, ontstaat er onmiddellijk een zakker. Bij het werken met een spuitbus zijn 3 – 5 dunne lagen nodig. Er moet per laag zoveel worden gespoten dat de verf net kan vloeien. Dit vereist wel enige oefening.

Benodigde middelen voor het spuiten
Een compressor
Voor verf spuiten is niet veel lucht nodig. Een kleine compressor is al voldoende. Bij het expanderen van lucht koelt de lucht af en kan de temperatuur zakken beneden het condensatiepunt. Er ontstaat dan water in de slang. Dit water wordt in de perslucht meegevoerd, met de verf uitgespoten en resulteert in oneffenheden in de lak. Dit kan voor een deel opgelost worden door op de compressor een olie- en waterafscheider te plaatsen. Professionele spuitinrichtingen werken met vriesdrogers om de perslucht volledig droog te krijgen.

Een verfspuit
Verfspuiten zijn in alle vormen en maten te verkrijgen. Laat je in dit geval niet verleiden een goedkope spuit te kopen. Het spuiten is al lastig genoeg en ga dan niet een extra moeilijkheidsgraad inbouwen. Los van de afmeting kan onderscheid worden gemaakt in spuiten met een onderbeker dan wel een bovenbeker. Voor beide is iets te zeggen:

  Onderbeker Bovenbeker
Lekken bij scheefstand beperkt kans op lekkage aanwezig
Spuiten tot volledig leeg          niet mogelijk altijd volledig leeg te spuiten
Horizontaal spuiten beker in scheve stand       beker recht overeind
Hinder van de beker kan in de weg zitten Vrije ruimte aan de onderzijde

Zelf spuit ik altijd met een bovenbeker en werk ik met drie afmetingen spuiten:

  • Een minispuit voor klein detailwerk (dit is een goede airbrush spuit).
  • Een kleine spuit voor delen als randen, deurstijlen en plaatselijke reparaties. Met deze spuit heb ik zelfs wel een hele auto gespoten.
  • Een grotere spuit voor grotere oppervlakken als motorkappen, daken, spatborden en deuren.


Een spuitruimte
Je kunt zeggen dat iedere ruimte kan voldoen. Je moet echter rekening houden met enkele zaken.
Bij het spuiten ontstaat een aanzienlijke verfnevel. Deze nevel komt als spuitstof overal op te liggen. Het is dus zaaks alles te verwijderen/af te dekken in de omgeving waar gespoten wordt (zoals garage). Geen enkele ruimte is spontaan stofvrij. Het schoon maken van de omgeving is daarom aan te raden. Vroeger had ik een oude garage waarin geen kritische dingen stonden. Als ik ging verfspuiten nam ik de tuinslang en nevelde ik de gehele binnenzijde van de garage nat. Alle stof was daarmee (voor een tijdje) vastgezet. Ook heb ik wel eens een auto gespoten in een partytent.
Als je geen ruimte ter beschikking hebt kun je er ook voor kiezen gewoon buiten te spuiten. Hierbij moet je wel voldoende omgevingsruimte hebben zodat buren etc. daar geen last van hebben. Het beste moment van spuiten is als het bewolkt weer is, net geregend heeft en geen wind staat. De lucht is dan relatief vrij van stof. Je zult wel last hebben van vliegjes e.d.

Spuitmasker
Spuitnevel is zeer ongezond. Bij het spuiten van verf is een goed spuitmasker absoluut noodzakelijk. Dit masker moet twee filters hebben: een actief koolfilter met daarvoor een stoffilter.

Handschoenen
Gebruik tijdens het werken met de lak en het spuiten goede dunne handschoenen (verfbestendig). Houd je handen schoon zodat je later niet met thinner de handen moet reinigen.

Laksystemen
De meest gebruikte autolakken zijn nog steeds de tweecomponentenlakken. De bekende synthetische lakken (op terpentine basis) zijn minder geschikt door de lange droogtijd. Watergedragen lakken zijn moeilijk te verwerken en daarom niet aan te bevelen.
Betrek de lakken voor het spuiten steeds van de vakhandel. Deze kunnen ook informatie verschaffen over de mengverhouding van verharder en verdunner.

Voorbewerking
Evenals bij het lassen is het werken met schone metaaloppervlakken essentieel. Gritstralen resulteert in de beste uitgangssituatie. Bij alle andere methoden worden concessies gedaan aan de kwaliteit en het resultaat. Ruw borstelen/schuren is een methode die, als het oppervlak goed bereikbaar is, ook tot een bevredigend resultaat kan leiden.
In uiterste situatie kan gebruik worden gemaakt van roestomzetters. Deze producten zijn in ruime mate in de markt beschikbaar. Roestomzetters zijn een effectief middel om in naden te laten lopen waar je met andere methoden niet bij kunt. De roest wordt dan omgezet en beschermt enigszins. Door de naad daarna met het laksysteem af te sluiten wordt verdergaande corrosie sterk vertraagd.

Afplakken

Het afplakken bepaalt voor een belangrijk deel het eindresultaat. Naarmate de auto meer ion takt is met er meer worden afgeplakt. Zorg er voor dat je goede tape koopt die vast blijft zitten zolang dat moet en los komt na het spuiten. De meeste tape die je bij doe het zelf winkels kunt kopen is zeer slecht. Het is bijzonder ergerlijk als je aan het spuiten bent de tape komt los.

Er zijn enkele handigheidjes bij het afplakken. Als je wilt voorkomen dat er een lelijke strakke en voelbare lakrand ontstaat kun je het afplakband op de volgende manier aanbrengen:

< tekening tape>

Bij deze methode plak je 1/3 deel van de tape terug en blijft er dus 1/3 deel over om mee te plakken op de auto. De rand van het omgeplakte deel staat los van de auto. Daarmee voorkom je een scherpe overgang.

Bij Lidl hebben ze regelmatig afplaktape in de aanbieding waaraan al een stuk plastic van ongeveer 50 cm breed bevestigd is. Dit is ideaal spul en de tape plakt redelijk goed.

Als je maar delen van de auto hoeft te spuiten plak dan af over de natuurlijke randen/overgangen, dan zie je daar later het minst van.

Als je bij het spuiten de ruiten niet verwijderd moet je de raamrubbers afplakken. Je hebt dan twee problemen:

  1. Er is altijd wel een plaats waar je over het rubber heen hebt gespoten.
  2. Op de overgang body-rubber is het altijd zichtbaar dat er overheen is gespoten. Dit is eenvoudig op te lossen door onder het raamrubber een pees te trekken (b.v. waslijn) zodat het einde van het rubber omhoog staat. Het rubber is eenvoudig af te plakken en je kunt tot onder het raamrubber spuiten. Na het drogen trek je de pees weg en valt het rubber weer glad over de nieuwe lak.

Voor het maken van een scherpe rand is aparte tape in de handel waar de verf niet onder kruipt.


De techniek van het spuiten
Belangrijk voor het verkrijgen van een goed spuitresultaat is de dikte van de verf. De fabrikant geeft hiervoor meestal aanbevelingen. Te dikke verf vloeit niet mooi uit en te dunne verf resulteert snel in zakkers. Je moet de gulden middenweg te vinden om het optimale resultaat te verkrijgen.

Beweging en verfopbrengst
Verfspuiten is beginsel heel eenvoudig. Je nevelt net zo lang tot de verf voldoende dik is en gaat vloeien en klaar is kees. In de praktijk blijkt het iets lastiger. Het is vooral systematisch werken met een gelijkmatige beweging zodat op alle plaatsen dezelfde verfdikte ontstaat.
De beweging met de verfspuit is steeds heen en weer waarbij op het moment van het omkeren van de richting het spuiten wordt gestopt met het toevoeren van verf. De verfbanen overlappen zodanig dat rand van de vorige baan overspoten wordt en een gelijkmatige verdeling wordt verkregen.

Boven: Een enkelvoudige baan zonder brede verneveling; Onder: Meerdere banen overlappend gespoten. De verfopbrengst moet overal hetzelfde zijn, dit is op het plaatje niet het geval. Dit is ook een moeilijk aspect van het spuiten.

Het verdelingspatroon kan op de spuit worden beïnvloed. In de figuur is bij de enkelvoudige baan een hoge verfopbrengst in het centrum. Door extra perslucht in de spuitmond toe te voeren kan dit patroon worden gewijzigd. De nevel wordt dan uiteengedrukt en de verf over een groter oppervlak verdeeld. Het risico vuur een zakker wordt daarmee verkleind en de verdeling kan gelijkmatiger worden.
Wat er gebeurd is schematisch het volgende:

Van cirkelvormige verdeling met zelfde hoeveelheid verf naar vlakke verdeling

Tweecomponent lakken drogen snel. Dit biedt de mogelijkheid een dikkere laag op te bouwen zonder het risico voor zakkers. Dit heet nat in nat spuiten. Als de tweede laag ongeveer 10 – 15  minuten na de eerste laag wordt aangebracht, wordt de eerste laag deels opgelost en houdt zo de tweede laag op zijn plaats.
Als een blanke lak wordt gespoten over metalliek lakken is het nat in nat spuiten noodzakelijk. In dat geval wordt vaak met twee personen gespoten anders wordt de droogtijd van de metalliek lak te groot.

Essentieel in de beoordeling van het vloeien van de lak tijdens het spuiten is de verlichtingssterkte en de richting van het licht. Strijklicht waarbij het licht naar de spuiter is gericht werkt hierin goed. Zorg er voor dat vanuit alle posities waarvan gespoten wordt het licht optimaal is. Spuiten op het gevoel leidt altijd tot zakkers.


Het verwijderen van een zakker

Er is bijna niet aan te ontkomen dat ergens een zakker ontstaat. Wat je zeker niet moet doen is een kwast te pakken en deze zakker even weg te schilderen. Je moet er gewoon van afblijven en het geheel uit laten harden. Als de lak volledig is doorgehard (na enkele dagen) kun je de verdikking van de zakker met een scheermesje afsnijden. Het schrapen met een klein voorwerp zoals een stukje van een afgebroken Stanleymes werkt ook goed. Daarna kan het geheel met een polijstmiddel glad worden gemaakt. Als je dit zorgvuldig uitvoert zie je er heel weinig van.


Oefenen
Als je nog nooit gespoten hebt is het ondenkbaar dat je een auto (of deel daarvan) succesvol kunt spuiten. Je moet eerst oefenen om de spuit(en) te leren kennen en de reactie van de lak op het oppervalk te kunnen zien/beoordelen tijdens het spuiten. Neem voor dit oefenen bij voorbaat onderdelen van een auto zoals een spatbord waarbij er zowel horizontale als verticale delen aanwezig zijn. Oefen eerst met goedkope verf en ga dan pas over op de tweecomponentenlakken.

Begin pas met het spuiten van de auto als voldoende vertrouwen aanwezig is!

Totaalrecept
De totale opbouw van een verfsysteem ziet er als volgt uit:

  • Stralen (als mogelijk) anders slijpen borstelen; de grit moet wel schoon en “zacht” zijn.
  • Strak maken met smeertin; eventuele zuurresten van het vertinnen moeten verwijderd zijn.
  • Tussenstralen (als mogelijk).
  •  Strak maken met plamuur / filler.
  • Optioneel: het spuiten van spuitplamuur.
  • Schuren oppervlak met uiteindelijk grit 320 (of fijner).
  • Spuiten epoxiprimer in twee dunne lagen.
  • Optioneel: het spuiten van “surfacer” ter verbetering van de gladheid van het oppervlak.
  • Schuren met waterproof grit 400 – 600.
  • De auto zeer grondig ontstoffen met perslucht/stofzuiger/speciale stofdoekjes etc.
  • .Spuiten van toplak in twee lagen.

Opmerkingen:

  • In alle stadia dat er wordt gespoten wordt moet er meestal worden afgeplakt of afgedekt.
  • Schuurkrassen zijn na het spuiten altijd zichtbaar.
  • Het schuren moet altijd zo fijn mogelijk worden gedaan.
  • Als je met je vingers oneffenheden kunt voelen zijn deze naderhand altijd zichtbaar.
  • Raak tussen het laatste schuren en het spuiten van de toplak het oppervlak niet meer met de blote handen aan; de aanrakingsplaatsen (huidvet) zijn naderhand altijd zichtbaar.
  • Stof is de grootste vijand van de spuiter; de hoeveelheid stof kan verminderd worden door de ruimte waarin gespoten wordt nat te spuiten (dit is lang niet altijd mogelijk). Reinig de auto of het te spuiten object enkele keren met verschillende middelen. Perslucht is er één van. Tijdens het spuiten blaas je altijd restanten van stof over de pas gespoten delen
  • Neem de tijd voor het spuiten. Denk niet: dat doe ik wel even snel. Dit leidt met dezelfde snelheid tot een mislukking.
  • Maak nooit meer verf aan dan je verwerkt. Twee-componentenlakken hebben een "potlife" van enkele uren, daarna kan de verharding al zover ingetreden zijn dat spuiten onmogelijk is.
  • Na het spuiten altijd meteen je spuit etc. schoon maken met b.v. Thinner.
  • Het spuiten van metalliek lakken is voor een beginner niet aan te raden.

Enkele foto's van een spuitproces

Een Jaguar MK2

Binnenzijde, kofferbak, onderzijde en motorcompartiment gespoten; buitenzijde grotendeels strak.

Integraal in 1e grondverf en geschuurd.

Geheel in de surfacer gespoten voor optimaal glad oppervlak.

In de grondverf gespoten; De kleur is aangepast aan de uiteindelijke toplaag.

Het eindresultaat

Een Morris Minor Traveller

Deels gestript en voorbewerkt.

De deuren separaat gespoten; ramen uiteraard afgeplakt.

Het eindresultaat;

 

 

 

Transparant